4.2.07

IJspret

De school van mijn dochter organiseert een paar keer per winter uitstapjes naar de ijsbaan in Zoetermeer. Ouders mogen dan voor het vervoer zorgen en vrijdagmiddag was het mijn beurt. Telkens als ik een ijsbaan zie, verbaas ik me over de aantrekkingskracht ervan. Eigenlijk is het een zinloze bezigheid. Je rijdt met tientallen, misschien wel een paar honderd mensen tegelijk je rondjes – altijd rechtsom, je komt steeds weer op hetzelfde punt uit en uiteindelijk stap je van het ijs op dezelfde plek waar je erop bent gekomen. En toch houdt het zijn aantrekkingskracht – ook zonder gure wind, tintelende tenen, warme chocolademelk en feestelijke muziek - zeg maar de franje die van schaatsen ijspret maken.
In Zoetermeer kun je schaatsen, maar het is geen ijspret. Toch is het verslavend, want mijn dochter kijkt nu alweer uit naar een volgende keer.
Het doet me denken aan de werkconferenties van de gemeenteraad.
Op 10 oktober hadden we zo’n conferentie, om te bespreken hoe we als raad aan de slag zouden gaan met de aanbevelingen uit het burgertevredenheidsonderzoek 2004, het rapport van de onderzoekscommissie ‘Drie Locaties’ en de quickscan van het dualisme. Ik had er mijn twijfels over, want ik loop al een tijdje mee in de gemeenteraad en heb al veel van dit soort praatsessies meegemaakt. Ze eindigen steevast in mooie voornemens dat we het als raad nu toch echt anders moeten gaan doen, maar een paar weken later zijn we die al weer vergeten en vallen we terug in het oude patroon.
Dat gebeurde ook na de werkconferentie van 10 oktober.
In maart hebben we een vervolgconferentie. Ik vrees voor de uitkomst, maar misschien gaat het nu anders. Mijn fractiegenoot Ralph Brieskorn heeft de anderen uitgedaagd. Ik citeer uit zijn e-mail: ‘Ik blijf het gevoel houden dat we elkaar erg bezig houden op deze conferenties en de wezenlijke zaken waar het om draait niet bespreken. Het gaat over het verbeteren van procedures, werkvormen, manieren van communiceren, maar het gaat niet over hoe de raad als geheel en onderling functioneert of beter kan functioneren. Zelf heb ik behoefte om dit onderwerp aan de orde te stellen. Dus hoe kunnen we beter discussiĆ«ren, beter naar elkaar luisteren en niet alleen zoeken naar verschillen, maar ook overeenkomsten. En sommige zaken spelen niet alleen op inhoudelijk, maar juist ook op persoonlijk vlak. Laten we daar ook open over zijn. Volgens mij hebben we daar meer aan. Dit vraagt wel durf. Wie gaat deze uitdaging aan?’
Drie mensen hebben tot nu toe op deze oproep gereageerd. Zullen we er dan nu toch echt in gaan slagen stappen vooruit te maken? Of stappen we weer op de ijsbaan, draaien een paar rondjes en stappen we er op hetzelfde punt weer af?
Soms is er lef voor nodig om tegen de stroom in te schaatsen. Of gewoon dwars over te steken. Het leidt misschien tot botsingen, gemopper en chaos, maar het kan wel heel verhelderend werken. Laten we het maar proberen.
Kan er dan wel chocolademelk en erwtensoep geserveerd worden tijdens de conferentie?

Geen opmerkingen: