31.10.06

Potlood

Als er ergens in Afrika of Azië democratische verkiezingen worden gehouden, lopen er altijd wel een paar Nederlanders rond om als waarnemer toe te zien op een free and fair verloop. Want Nederland is, als het om verkiezingen gaat, het braafste jongetje van de klas. Verkiezingsfraude? We kennen het woord, maar het komt hier niet voor. Toch?
Misschien niet, maar nu blijken 35 gemeenten stemmachines in gebruik te hebben die zo’n sterk signaal uitzenden, dat je op tientallen meters afstand het stemgedrag van de argeloze kiezer kunt volgen. En dat kan natuurlijk niet, want het stemgeheim is in een beschaafd land heilig. Terecht dus, dat minister Nicolaï de machines van de Sdu heeft afgekeurd. In de praktijk betekent dat, dat in ieder geval de Amsterdammers en wellicht ook kiezers in andere gemeenten op 22 november weer het oude, vertrouwde rode potlood moeten gebruiken.
Jammer dat Ouderkerk geen Sdu-machine heeft.
Ik ben oud genoeg om nog te weten hoe het aanvoelde, stemmen met zo’n potlood. Het was een ritueel. Van de leden van het stembureau kreeg je een groot formulier overhandigd, in de lengterichting gevouwen. Daarmee begaf je je tussen twee schaamschotjes, vouwde het grauwgrijze papier open en zocht naar de partij van jouw keuze. Dan pakte je het rode potlood. Dat zat vast aan een touwtje, tegen het onnadenkend in je zak steken. De kans dat iemand dat deed was overigens klein, want het potlood was te dik om lekker in de hand te liggen of om comfortabel in de broek te dragen. Met het potlood kleurde je een vakje in (niet te veel buiten de lijntjes want dan was het formulier ongeldig!), je vouwde het formulier weer keurig op en begaf je naar een groene, melkbusachtige ton: de stembus! Met gevoel voor dramatiek liet je dan het formulier in de gleuf glijden. Het ritueel was voorbij, de democratische plicht was gedaan.
Het had iets erotisch. Je leefde ernaar toe, de spanning liep op naarmate het moment suprême naderde, de handeling zelf had iets stiekems: iedereen deed het, maar je mocht het niet van elkaar zien. En dan die stembus: freudiaanser kan bijna niet. Eenmaal terug op straat dacht je dat iedereen aan je kon zien dat je ‘het’ gedaan had.
Zeker na de eerste keer.
Een beetje flauwekul natuurlijk, maar een feit is wel dat het stemmen sinds de invoering van de stemmachine is verkild, de steriele druk op de knop is niets vergeleken met het potloodritueel. En het geeft zeker niet het gevoel dat je iets bijzonders hebt gedaan.
Toch zie ik stemmen nog altijd zo, als iets bijzonders. Democratie is niet vanzelfsprekend, ze moet steeds opnieuw worden bevochten en verdedigd. Dat mag best met een ritueel gepaard gaan zodat kiezers het gevoel krijgen, dat wat ze doen ook echt iets betékent. Een machine geeft dat gevoel niet.
Tegen beter weten in hoop ik, dat het gedoe met die stemmachines nu een blessing in disguise is. Dat ze in Amsterdam, Vlist, Moordrecht of waar dan ook waar ze misschien weer met het potlood gaan stemmen de smaak weer te pakken krijgen en zeggen: laten we maar blijven vasthouden aan dat potlood. Dan duurt het maar wat langer voor de uitslag bekend is, en dan moeten we misschien een keer overtellen omdat we ergens een foutje hebben gemaakt, soit. We kunnen het geduld opbrengen om weken, maanden te wachten tot we weten wie de nieuwe Idol of de winnaar van Big Brother wordt, dan kunnen we toch zeker ook wel een paar uur extra wachten op een verkiezingsuitslag?
Op 22 november zit ik weer op het stembureau. Voor mij op tafel staat dan een schermpje dat is aangesloten op de stemmachine. Iedere keer weer zijn er mensen die mij vragen, of ik kan zien wat zij stemmen. Geduldig herhaal ik steeds dat daarvan geen sprake is, dat we in dit land een stemgeheim hebben en dat het schermpje slechts de geldigheid van een uitgebrachte stem aangeeft. Dan zie ik sommigen kijken: dat kan hij nou wel zeggen…
Machines worden gewantrouwd, en niet ten onrechte. Eerst dacht ik dat het aan de mensen lag, het waren veelal ouderen die de vraag stelden. Maar nu weten we dat het stemgeheim ook bij machines niet honderd procent veilig is. Volgens de actiegroep “Wij vertrouwen stemcomputers niet” ook niet bij de Nedap-machines zoals die in Ouderkerk worden gebruikt. Toch maar terug naar dat potlood, zou ik zeggen.

29.10.06

Gezondheid!

Vorige week verscheen een toch wel opmerkelijk onderzoek van het RIVM naar de gezondheid van de inwoners van Midden-Holland. Wat bleek: de inwoners van dit gebied zijn de gezondste van Nederland. Zelfs het NOS journaal besteedde er aandacht aan en interviewde inwoners van Vlist (gezondste gemeente) en Nederlek (minst gezonde gemeente). De journaalploeg liet Ouderkerk links liggen.
Een gezond gebied. Maar bij nadere bestudering van het rapport is er toch nog wel het een en ander te verbeteren. Zeker in Ouderkerk. Want de regio mag dan wel gezond zijn, binnen die regio scoort Ouderkerk niet bepaald goed. We zijn hier dus, relatief gezien, niet gezond. Dat vraagt om aandacht van de gemeente en de politiek, want openbare gezondheidszorg is een van de top-verantwoordelijkheden van het lokaal bestuur.
Een greep uit de resultaten.
Ouderkerk hoort, met Bergambacht en Vlist, tot de gemeenten met de laagste vaccinatiegraad van Nederland. Minder dan 90 procent van zuigelingen wordt hier gevaccineerd en dat vertaalt zich direct in een hoger aantal gevallen van kinkhoest en rode hond, een ziekte die in Nederland nauwelijks nog voorkomt. De onderzoekers leggen een verband met het grote aantal SGP-stemmers. In Ouderkerk is het percentage SGP’ers het hoogst (10,6%), in de Krimpenerwaard gevolgd door Bergambacht (9,2%) en Vlist (6,9%).
Ik vond en vind het onbegrijpelijk, dat ouders hun kinderen het recht op een goede gezondheid ontzeggen. Ik ken de argumenten, maar ik heb er geen begrip voor en eigenlijk ben ik van mening, dat de overheid deze vaccinaties (weer) bij wet verplicht moet stellen. Individuele keuzevrijheid, prima. Maar zuigelingen hebben die vrijheid nog niet en dan moet de overheid haar verantwoordelijkheid nemen. We kennen toch ook de leerplicht, waarom dan niet de vaccinatieplicht opnieuw ingevoerd?
Het rapport legt nóg een verband, tussen gezondheid en sociaal-economische status (SES). Bekend is, dat mensen met een lage SES (gebaseerd op opleiding, beroep en inkomen) in het algemeen ook minder gezond zijn. Mannen en vrouwen met een lage SES leven gemiddeld respectievelijk 4,9 jaar en 2,6 jaar korter dan mannen en vrouwen met een hoge SES. Ook leven ze 15 jaar minder lang in goede gezondheid. Ouderkerk scoort op het onderdeel besteedbaar inkomen iets boven het landelijk gemiddelde en ook iets boven het niveau van Gouda. Maar van alle dorpen scoort Ouderkerk het laagst – ook een uitdaging voor de gemeente om daar iets aan te doen, bijvoorbeeld door een gevarieerder woningaanbod en het creëren van een aantrekkelijk woon- en werkklimaat.
Van alle Midden-Holland gemeenten is Nederlek het minst gezond, gevolgd door Gouda. Maar dat is een stad en steden, zeker met een bevolkingssamenstelling zoals Gouda, zijn in het algemeen minder gezond. Verontrustender is, dat van de kleinere gemeenten na Nederlek Ouderkerk het slechtst scoort. Dat komt vooral door het aantal hart- en vaatziekten, dat hier het hoogst is. Het aantal mensen met overgewicht in Ouderkerk is eveneens groot (47,3%): ook hier scoort alleen Nederlek (47,5%) lager.
Juichende berichtgeving in het journaal over de gezonde Krimpenerwaard of niet: er is nog genoeg te doen. Ouderkerk hangt te vaak onderaan in lijstjes waarin gemeenten met elkaar worden vergeleken. Daar moet eindelijk eens iets aan worden gedaan.

18.10.06

Dijk

Wanneer ik ’s morgens naar het station van Gouda fiets is het, sinds een paar dagen, nog te donker om onverlicht over de dijk te rijden. Nu is een veelgehoorde klacht van automobilisten, dat scholieren dat juist wél doen en daardoor een gevaar op de weg vormen.
Dat is dus niet waar. Dagelijks zie ik dat bijna alle scholieren in ieder geval het achterlicht aan hebben. Ik denk dat het misverstand ontstaat, doordat wij veertigers vroeger zelf zonder verlichting reden omdat we niet zwaarder wilden trappen. Met de verlichting-op-batterijen is dat bezwaar uit de wereld en dus is er voor de moderne jeugd geen reden om geen licht te voeren.
Wat niet wil zeggen dat de dijk veilig is. Zeker niet.
Daarom ben ik ook zo blij met het succes van PvdA-wethouder Klaas Dogterom, die in de Strategiegroep Veenweidepact Krimpenerwaard voor elkaar heeft gekregen dat er een fietspad is ingetekend tussen Schaapjeszijde en de rotonde met de nog aan te leggen Zuidwestelijke Randweg. De dijk wordt hierdoor straks over een behoorlijke lengte voor toekomstige generaties scholieren (en andere fietsers natuurlijk) een stuk veiliger. Geen overbodige luxe, want die Goudse randweg gaat veel nieuw verkeer aantrekken. Met dat fietspad lijkt een heel oude wens van de PvdA eindelijk werkelijkheid te worden. Het zal nog een paar jaar duren voor dat fietspad er is, en er zal ongetwijfeld nog het nodige over worden gezegd, maar het begin is er.
Veiligheid op de dijk, het is een belangrijk thema. Een tijdje geleden kreeg de PvdA een mail van een bewoner van de IJsseldijk Noord die ons opmerkzaam maakte op het probleem van de landbouwtrekkers, althans de bestuurders daarvan. Vaak zijn dat jonge mensen van 16, 17 jaar die zelf weinig verkeerservaring hebben en een stuk onbesuisder rijden dan de oudere boeren die met de trekker zijn vergroeid. De wetgeving die dit toestaat, dateert uit de tijd dat die dingen niet harder mochten rijden dan 16 km per uur. Nu is dat 25 (maar in de praktijk rijden ze veel harder) en de voertuigen zijn in de loop der jaren steeds groter, zwaarder en dus gevaarlijker geworden. Wordt het niet tijd om de wet aan te passen? vroeg de afzender van de mail retorisch.
Daar is de wetgever voor nodig, Den Haag dus.
Op dit soort momenten ben ik blij dat ik lid ben van een grote, landelijke partij met korte lijnen naar de Tweede Kamer. Van het Kamerlid Lia Roefs hoorde ik, dat het onderwerp haar aandacht heeft. Sterker, ze had al een dossiertje en het signaal uit Ouderkerk was het duwtje dat ze nodig had om er na de verkiezingen snel werk van te maken. Ook hier geldt: het begin is er, want een wet veranderen kan ook niet van de ene op de andere dag.
Lia gaat eerst campagne voeren voor de Kamerverkiezingen. Dat doen we hier in Ouderkerk ook, op bescheiden wijze. En op 22 november gaan we weer stemmen. Als het aan GroenLinks in Gouda ligt met het potlood, want stemcomputers blijken gemakkelijk gehackt te kunnen worden. Stemmen met een potlood is ook veel leuker. Maar daarover later meer.