3.9.04

Persoonlijk

U had mijn oordeel over de nieuwe raadzaal nog tegoed. Welnu, na twee commissievergaderingen moet ik zeggen: het valt wel mee. Toegegeven, het is krap en de stoelen passen net of net niet onder de tafel, maar ze zijn een stuk gerieflijker dan die er eerst stonden. Door de bank genomen ziet de zaal er veel representatiever uit. En de airco doet het ook, dat is een échte verbetering!
Gisteren het verwijt gekregen dat de stukjes die ik hier schrijf te veel op de persoon gericht zouden zijn. Dat begrijp ik niet zo goed. Als ik al kritiek heb op collega-bestuurders, dan richt die zich vooral op hun beleid en op de manier waarop ze dat beleid presenteren. Dat mag toch, in de politiek, zeker als je lid bent van een oppositiepartij? Politiek bedrijven met open vizier, noem ik dat maar. Daarbij mogen best namen worden genoemd, als je daar niet tegen kunt moet je niet in de politiek gaan. Maar ik wil hier ook best gezegd hebben, dat ik niets persoonlijks heb tegen Jon Hermans, Leo Barth en Gerda van Adrichem. Als ze iets goeds doen, vermeld ik dat óók – als daar aanleiding voor is. Het zou echter raar zijn als de fractievoorzitter van de enige oppositiepartij niet kritisch meer zou zijn over dit college en over de andere partijen. Als dat punt bereikt is, kunnen wij ook wel in de coalitie aanschuiven.
Nog even terugblikken op de commissie Welzijn en Onderwijs van afgelopen maandag. Was blij met de opstelling van het college, dat het vasthoudt aan het raadsbesluit van 24 juni dat er in Gouderak een multifunctioneel gebouw moet komen waarin in ieder geval de beide basisscholen, de peuterspeelzaal en de bibliotheek een plek krijgen. Minder enthousiast was ik over de mededeling, dat er weer een duurbetaald onderzoek wordt verricht naar de mogelijkheden om te beknibbelen op zo’n gebouw. Dat onderzoek is al gedaan door de werkgroep die de raad zelf had ingesteld en is dus overbodig, lijkt mij. Over een tijdje beginnen de besprekingen over de mogelijke ‘ombuigingen’ – een verhullende term voor bezuinigingen. Ik weet al een goede post: de externe adviesbureaus. Ooit hebben we ambtenaren uitgevonden om het college te adviseren. Dat moeten ze dan ook vooral gaan doen, daar zouden we externe adviseurs niet voor nodig moeten hebben.

Geen opmerkingen: