29.6.09

Uit de bocht

Door alle ontwikkelingen in de K5 lijkt het een eeuwigheid, maar het is nog maar anderhalf jaar geleden dat twee burgemeesters zich in klare taal uitlieten over de toekomst van de Krimpenerwaard. Vertrekkend burgemeester Kees Veerhoek van Nederlek twijfelde in zijn ontslagbrief hardop over het voortbestaan van vijf zelfstandige gemeenten. Zijn collega Dick de Cloe van Schoonhoven zei in zijn nieuwjaarstoespraak dat de K5 nergens toe leidt en dat de gemeenten maar beter kunnen worden samengevoegd tot één grote Krimpenerwaardgemeente.
K5-voorzitter Arie van Erk, burgemeester van Bergambacht, reageerde ontstemd. Veerhoek en De Cloe spraken voor hun beurt, zei Van Erk afgemeten: ‘Als voorzitter van de K5 wil ik nog maar eens aangeven dat de gemeenteraden gaan over de toekomst van hun gemeente en niet burgemeesters. Ik betreur het dat een aantal collega’s zich in de pers zo nadrukkelijk uitlaten over de toekomst van de Krimpenerwaard.’
Dat was januari 2008 en het AD kopte: ‘Burgemeesters ruziën’. Het droeg bepaald niet bij aan het beeld van een eendrachtig samenwerkend gebied.
In juni 2009 is een andere Arie van Erk opgestaan. Hij doet nu precies wat hij zijn collega’s toen verweet. Volgens huis-aan-huis blad Het Kontakt houdt Van Erk nu een onbeschaamd pleidooi voor een fusie van de K5 met Krimpen aan den IJssel. Ik weet niet of het klopt; ik ken de bron waaruit Het Kontact citeert niet en als het niet klopt, dan heb ik dit stukje niet geschreven. Maar als het wél klopt, dan kan dit natuurlijk niet. Waar blijft hij met zijn mooie woorden van januari 2008, dat de gemeenteraden over de toekomst van hun gemeenten gaan?
Destijds gaf ik op deze plek Veerhoek en De Cloe gelijk. Burgemeesters hóren een visie te hebben op de toekomst en die moeten ze niet voor zich houden. Het verschil met de situatie van nu is, dat Van Erk niet spreekt voor zijn eigen gemeente. Hij is ook (nog?) geen burgemeester van de Krimpenerwaard, dus moet hij daar zijn mond over houden. Van Erk is voorzitter van het samenwerkingsverband, meer niet, en in die hoedanigheid past een terughoudende opstelling. Juist over zo’n gevoelig onderwerp waarover een enorme verdeeldheid bestaat (wel of geen herindeling, K5 of K6) hoort hij geen opvatting te hebben en deze al helemaal niet hardop uit te spreken.
Van Erk ging wat mij betreft in de fout toen hij Veerhoek en De Cloe terechtwees, hij vliegt nu opnieuw uit de bocht. Als wielrenner (hij is bijna de snelst fietsende burgemeester van Nederland) moet hij toch weten dat je een gladde bocht niet te snel in moet gaan, dat je tijdig in de remmen moet knijpen – hoe graag je ook naar die finishlijn wilt.
Toen het NK Wielrennen voor burgemeesters enige tijd geleden in Bergambacht werd gehouden, waren de straten van het dorp kletsnat. Ik zag toen hoe verantwoord en voorzichtig de coureur Van Erk de bochten aansneed. Een schril contrast met het onbesuisde gedrag van de bestuurder Van Erk en genoeg reden om hem hierover donderdag in de Krimpenerwaardraad stevig aan de tand te voelen. Dan mag hij blij zijn als hij, met de nodige schaafwonden, als voorzitter verder mag naar de eindstreep, naar de veelbesproken 'stip op de horizon'. Dankzij zijn openhartigheid weten we nu in ieder geval hoe die er volgens de K5-voorzitter uit zou moeten zien.

Geen opmerkingen: