Aan een nieuwe collega vertelde ik dat ik jarenlang
gemeenteraadslid was geweest. Ze keek me verbaasd aan. ‘Vond je het leuk dan?’
Daar moest ik even over nadenken. ‘Leuk’ is nooit mijn
eerste drijfveer geweest om de politiek in te gaan. Werken aan een betere
samenleving, iets voor elkaar krijgen, daar deed ik het altijd voor.
Maar leuk?
Leerzaam, dat was het vooral, en nuttig. In de
gemeentepolitiek leerde ik hoe je met elkaar dingen voor elkaar krijgt, echt
iets kunt betekenen voor anderen. Daarin zijn politici niet uniek. De
pupillentrainer bij de voetbalvereniging, de mantelzorger, de vrijwilliger die
het plaatselijke zwembad onderhoudt, de leiding van een scoutinggroep – ze bouwen
allemaal mee aan de lokale samenleving.
Maar de politiek heeft een iets andere invalshoek.
Politici maken keuzes, zij wegen individuele belangen af tegen het algemeen
belang, hun besluiten zijn ook vaak ingrijpend. Ze raken mensen in de portemonnee,
of in hun woongenot. Vaak positief, als de lasten omlaag gaan of in de buurt
een stuk natuur wordt ontwikkeld. Soms ook negatief: in een samenleving waarin
we bijna letterlijk bij elkaar op schoot zitten kunnen we niet iedereen altijd
z’n zin geven.
In de gemeenteraad heb ik belangrijke lessen geleerd.
Veel tijd in gestoken, maar de politiek gaf me daarvoor gelukkig ook regelmatig
iets terug in de vorm van politieke succesjes. Die behaalden we als partij,
samen met andere partijen in de gemeenteraad maar vaak ook in een-tweetjes met
onze partijgenoten in de provincie of in de Tweede Kamer.
En inderdaad, dat is leuk!
Dus na dat momentje nadenken kon ik die vraag van mijn
collega met een hartstochtelijk ‘ja!’ beantwoorden. Lang aarzelen om mij
kandidaat te stellen voor de Provinciale Staten hoefde ik niet. In de
gemeenteraad heb ik ervaren hoe effectief het kan zijn om samen, gemeente en
provincie, op te trekken. Om dingen voor elkaar te krijgen. Want uiteindelijk,
hoe ver de provincie ook van het bed van onze inwoners lijkt te staan, gaat het
om hetzelfde: werken aan een betere samenleving. Wie wil nou niet in een schone
en mooie omgeving wonen, wie wil niet gemakkelijk en snel naar z’n werk kunnen
reizen? En wie wil niet dichtbij kunnen genieten van de natuur – ook midden in
de drukke Randstad?
Allemaal zaken waar de provincie over gaat. Daarvoor ga
ik graag aan de slag. Het is belangrijk en het is nuttig. En het is ook nog
eens leuk.